3.2 Werkende stad
Hilversum streeft ernaar om een samenleving te creëren waarin zoveel mogelijk inwoners op basis van hun capaciteiten kunnen deelnemen aan de arbeidsmarkt. We begrijpen dat niet iedereen op eigen kracht passend werk kan vinden om zelfstandig in hun inkomen te voorzien. Daarom bieden we ondersteuning door middel van scholing en het faciliteren van arbeidsbemiddeling voor diegenen die dat nodig hebben. We investeren in samenwerking met werkgevers, werknemersorganisaties, onderwijsinstellingen, de regio en het UWV om dit te realiseren. Voor mensen met een wettelijke indicatie en een afstand tot de arbeidsmarkt bieden we extra begeleiding. Onze partner Tomin zorgt voor passende arbeidsplaatsen, ook binnen de gemeentelijke organisatie. |
---|
Prestatie-indicatoren
Nr. | Naam | Realisatie | Realisatie | Realisatie | Realisatie | Streef- | Bron | Wettelijk | |
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Aantal personen met een bijstandsuitkering dat uitstroomt naar werk en/of opleiding | 319,0 | 309,0 | 300,0 | 278,0 | 300 | Gemeente Hilversum | Niet wettelijk | ||
024 | Netto arbeidsparticipatie, percentage van de werkzame beroepsbevolking ten opzichte van de beroepsbevolking | 70,5 | 73,2 | 74,3 | 75,0 | 75 | CBS | Wettelijk | |
026 | Werkloze jongeren, percentage 16 t/m 22 jarigen | 2,0 | 2,0 | 1,0 | 0 | 1 | Verweij Jonker Instituut - Kinderen in Tel | Wettelijk | |
028 | Lopende re-integratievoorzieningen, aantal per 10.000 inwoners van 15-64 jaar | 199,7 | 201,7 | 209,2 | 0 | 220 | CBS | Wettelijk |
Toelichting indicatoren
Indien er een nul wordt gepresenteerd bij realisatie 2024 dan is het realisatie cijfer 2024 nog niet bekend.
De indicator aantal personen met een bijstandsuitkering dat uitstroomt naar werk en/of opleiding laat in 2024 een lagere realisatie zien dan de streefwaarde. Dit houdt verband met de hoge arbeidsparticipatie en het daarmee samenhangende dalende bijstandsbestand. Als minder inwoners een bijstandsuitkering ontvangen heeft dat een drukkend effect op de uitstroom. Dat neemt niet weg dat er sprake is van een positieve ontwikkeling die enerzijds past in het landelijke beeld en anderzijds verband kan houden met onze inzet op re-integratie vanuit het Actieplan OmBUIGen.