Risicomanagement is het proces van het identificeren, beheersen en aanpakken van risico’s. Een risico is iets dat onzeker is, maar dat invloed kan hebben op de gemeente, zowel positief als negatief. De gevolgen kunnen bijvoorbeeld invloed hebben op beleid, het imago of de financiën van de gemeente. Bij het weerstandsvermogen gaat het vooral om de financiële gevolgen van risico’s. Het weerstandsvermogen laat zien in hoeverre de gemeente in staat is om de financiële impact van risico’s op te vangen, zonder dat dit invloed heeft op het beleid of de uitvoering ervan.
Beleidskader
Het beleidskader bestaat uit de door de Raad vastgestelde Financiële verordening gemeente Hilversum (december 2024). De norm is dat het weerstandsvermogen minimaal 1,0 moet zijn. Het doel van de gemeente Hilversum is om te zorgen dat onverwachte problemen geen invloed hebben op het voortzetten van het beleid. Tegenvallers kunnen leiden tot hogere kosten of lagere inkomsten dan verwacht. Daarom is het beleid gebaseerd op twee belangrijke pijlers:
- Uitgaven die onvermijdelijk op de gemeente afkomen worden in de begroting opgenomen. In dit kader worden jaarlijks gemeentebreed autonome ontwikkelingen geïnventariseerd en beoordeeld op ‘vermijdelijkheid’. Met algemene kostenontwikkelingen zoals loon- en prijsstijgingen wordt – in relatie tot de verwachte ontwikkeling van de algemene uitkering – in de meerjarenraming rekening gehouden via stelposten. Zo wordt voorkomen dat voorspelbare ontwikkelingen leiden tot overschrijdingen van de begroting.
- Risico’s – onzekere gebeurtenissen met gevolgen voor de gemeente – worden in beeld gebracht en gekwantificeerd. Het risicoprofiel wordt opgenomen in de paragraaf Weerstandsvermogen & risicobeheersing van de begroting of de jaarrekening. Risico’s die worden opgenomen in het gemeente brede risicoprofiel (weerstandsvermogen risico’s) voldoen aan de volgende criteria:
- Risico’s met een kans percentage van tussen de 20% en 80% in combinatie met een onzekere maar mogelijke financiële impact van € 100.000 en hoger;
- Risico’s met een kans percentage van 80% en hoger worden als zekerheden beschouwd en moeten, mits de financiële impact redelijkerwijs en onderbouwd te schatten is, niet als risico worden opgenomen maar worden verwerkt in de begroting.
Weerstandsvermogen
Het weerstandsvermogen bestaat uit twee componenten:
- de beschikbare weerstandscapaciteit – hoeveel middelen zijn er beschikbaar om risico’s op te vangen én
- de benodigde weerstandscapaciteit – hoeveel middelen zijn er nodig om de geïdentificeerde risico’s op te kunnen vangen.
De weerstandsfactor zoals berekend voor de jaarrekening 2024 is als volgt (bedragen x € 1.000):
Beschikbare weerstandscapaciteit | 67.101 | ||||
Weerstandsfactor | is | is | 15,8 | ||
Benodigde weerstandscapaciteit | 4.239 |
Zoals verwoord in de Nota financieel beleid moet het weerstandsvermogen minimaal 1,0 zijn. Op het moment van opstellen van deze paragraaf is de weerstandsfactor 15,8. In de begroting 2025 kwam de weerstandsfactor uit op 13,3. De weerstandsfactor is daarmee verbeterd ten opzichte van het vorige meetmoment. De verbetering is een direct gevolg van een toename van de beschikbare weerstandscapaciteit met ongeveer € 3 miljoen en een afname van de benodigde weerstandscapaciteit met ongeveer € 0,6 miljoen.
De beschikbare en benodigde weerstandscapaciteit worden in paragraaf 3.2.3 Beschikbare weerstandscapaciteit en paragraaf 3.3.4 Benodigde weerstandscapaciteit nader toegelicht. Desondanks blijft de weerstandsfactor als uitstekend beschouwd.